Search User Login Menu
Tools
Close
Close

Uitgelicht

Twee uitspraken inzake het bijhouden van een rittenadministratie

Dat het juist en actueel bijhouden van een rittenadministratie ter voorkoming van een bijtelling op het belastbaar inkomen doordat er gereden wordt in een auto die ter beschikking wordt gesteld belangrijk is, bewijst de volgende uitspraken maar weer.


Bijtelling privégebruik door achteraf opgestelde rittenregistratie

Een rittenregistratie moet regelmatig (liefst dagelijks) worden bijgehouden. Met een achteraf opgestelde rittenregistratie zal niet snel kunnen worden voldaan aan de verzwaarde bewijslast die geldt bij een auto van de zaak.

Een vrouw gebruikt haar leaseauto ook privé maar houdt geen kilometeradministratie bij. Zij overlegt tijdens een boekenonderzoek alsnog een rittenregistratie en komt na vragen hierover met een aangepaste versie. De onderneemster verstrekt in hoger beroep tegen de opgelegde bijtelling privégebruik allerlei aanvullende informatie.

Rittenregistratie niet betrouwbaar Hof Den Bosch bevestigt echter de bijtelling privégebruik. De vrouw heeft niet overtuigend aangetoond (verzwaarde bewijslast) dat de auto voor minder dan 500 kilometer voor privédoeleinden is gebruikt. Een rittenadministratie moet zo duidelijk zijn dat iedereen kan vaststellen dat de auto op jaarbasis voor niet meer dan 500 kilometer privé is gebruikt. Hiervan is geen sprake. De vrouw heeft een achteraf opgestelde kilometeradministratie ingebracht met meerdere aanvullingen die elkaar tegenspreken en sommige gegevens ontbreken helemaal. In haar reactie op het verweerschrift van de inspecteur merkt zij bovendien eerdere zakelijke ritten alsnog aan als privé en erkent dat er fouten zijn gemaakt.

Bron: Hof Den Bosch 22-02-2023 (gepubl. 8-06-2023) ( ECLI:NL:GHSHE:2023:701)

Ook tweede rittenregistratie toont privégebruik auto niet aan
Een privégebruik van minder dan 500 kilometer kan alleen worden aangetoond met een sluitende rittenregistratie. Er geldt een verzwaarde bewijslast.

De directeur-grootaandeelhouder (dga) van een holding heeft van de inspecteur een ‘verklaring geen privégebruik auto’ gekregen voor een door de holding verstrekte auto. Hij heeft in privé ook nog twee auto’s. De dga verstrekt op verzoek van de inspecteur een rittenadministratie, maar die voldoet niet volgens de inspecteur. Hij stuurt aanvullende informatie maar daarmee is nog steeds niet aannemelijk dat de auto minder dan 500 kilometer privé is gebruikt. De informatie sluit namelijk niet aan bij de rittenadministratie. Er wordt een naheffingsaanslag en een verzuimboete opgelegd. De dga komt in de bezwaarfase met een tweede rittenregistratie, maar die wijkt weer af van de eerder verstrekte informatie.

Rechtbank Den Haag bevestigde de naheffingsaanslag en ziet geen reden voor een lagere verzuimboete omdat de dga geen pleitbaar standpunt had. De naheffingsaanslag was ook terecht aan de dga opgelegd en niet de holding.

Hof Den Haag oordeelt dat de dga niet heeft bewezen dat hij met de auto minder dan 500 kilometer privé heeft gereden. De dga heeft niet voldaan aan de verzwaarde bewijslast die uit de wet volgt. Hij heeft een nader stuk ingediend als bewijs dat de rittenregistraties toch juist zijn, maar ook dit stuk voldoet niet aan de eisen. Ook geeft dit stuk geen toelichting op een vage post voor buitenlandse dienstreizen in de tweede rittenregistratie. De dga kan geen vertrouwen ontlenen aan een boekenonderzoek omdat niet aannemelijk is dat de rittenregistratie destijds akkoord is bevonden. Bovendien heeft hij uitleg gekregen over het bijhouden van een sluitende rittenregistratie. Er kan bij de holding alleen worden nageheven als die wist dat er ten onrechte een ‘verklaring geen privé gebruik auto’ was afgegeven, en daarvan is geen sprake.

Bron: Hof Den Haag 29-03-2023 (gepubl. 04-05-2023) ( ECLI:NL:GHDHA:2023:612)


 

Print
0 Commentaar

Categorieën: UitgelichtAantal views: 503

Tags:

En verder ...

Back To Top